Verslag ASA 1 - Doesborgsch S.G. 1

Door Yaron Huberts en Geert Stradmeijer

Afgelopen maandag 15 januari speelde ASA1 in de SOS-Competitie tegen het Doesborghsche Schaakgenootschap. De Doesburgers hadden een sterk team, en hun sterkste speler had zelfs een rating van boven de 2000. Tom wilde deze uitdaging graag aangaan, maar we waren het niet eens op welk bord we deze speler konden verwachten: Ik (Yaron) meende dat hun sterkste speler op bord 1 zou plaatsnemen, terwijl Tom bord 2 verwachtte. Uiteindelijk kreeg Tom zijn gewenste bord 2, terwijl invaller Mathieu Roskam achter bord 1 plaatsnam. Nick speelde op bord 3, Geert Stradmeijer viel in op bord 4, Lorens speelde op bord 5, en ik op bord 6.

Ik was samen met Nick vroeg vertrokken, rekening houdend met drukke wegen vanwege gladheid en sneeuw. Dit resulteerde erin dat we maar liefst een halfuur van tevoren aankwamen, vlak voor de eerste speler van Doesburg.

Na een spannende driftsessie door de sneeuw stapte Geert het clubgebouw van de tegenstanders binnen. Hij kondigde met jeugdig enthousiasme aan dat er vanavond een grote kans was dat zijn rating de 1600 zou bereiken. Hiervoor zou Geert zijn hartslag met minstens 64 slagen moeten laten zakken en goede zetten spelen. Al met al een lastige opgave.

Nadat Lorens, Tom en Mathieu waren gearriveerd bleek dat de sterkste speler van Doesburg toch op bord 1 speelde en dus tegen Mathieu mocht strijden. Mathieu speelde een zeer sterke partij. Uiteindelijk kwam Mathieu een kwaliteit voor te staan, waarna zijn tegenstander opgaf. Opvallend genoeg was Mathieu’s laatste zet, waarmee hij de kwaliteit won, een blunder volgens Lichess! Ondanks de kwaliteitswinst zou zijn tegenstander namelijk nog wel tegenspel hebben. Bovendien had Mathieu een andere zet, die sterker was dan een kwaliteit winnen, gemist.

Op bord 2 speelden Tom en zijn tegenstander een zeer bijzondere opening: 1. f4 e5 2. d4 e4 - een positie die Tom nog nooit op het bord had gehad en waarschijnlijk ook nooit meer. Tom: “Uiteindelijk kwamen we uit in een soort Franse structuur, maar met de f-pion al te ver naar voren om druk te zetten op het centrum, waardoor ik een voordeeltje kreeg. Daarna maakte mijn tegenstander een fout, waarmee ik ofwel twee pionnen zou winnen ofwel een dame en twee pionnen tegen drie stukken. Mijn tegenstander koos voor de tweede optie. Het leek toen een makkelijke winst te worden, maar ik maakte nog een foutje waardoor het mogelijk remise kon worden. Gelukkig maakte snel daarna mijn tegenstander nog een flinke fout waardoor ik het punt kon binnenhalen.”

Mijn tegenstander speelde erg passief in de opening, waardoor ik een voorsprong kreeg in ontwikkeling. Mijn tegenstander speelde toen een verkeerde breekzet, waardoor ik een open a-lijn kreeg en hier mijn torens kon verdubbelen. Hiermee viel ik een witte loper aan op a2. Deze loper kon echter niet weg, omdat dan de toren op a1 zou hangen (de zwartveldige loper was nog niet ontwikkeld en stond nog steeds op c1). Mijn tegenstander probeerde zijn loper te dekken, maar hierna kon ik door een tactiek zijn loper winnen en kwam ik een stuk voor te staan. We speelden nog een tijd verder, maar mijn tegenstander stond te veel achter en uiteindelijk moest hij opgeven. Hiermee hadden we 3 punten veiliggesteld.

Ongeveer een uur later waren Geert en Nick beide klaar met hun partijen. Geert: “Mijn tegenstander opende met d4, en ik besloot dat mijn eerste goede zet d6 was. We kwamen terecht in een doorschuifvariant van het Konings-Indisch. Na de aanval van wit op de damevleugel afgeweerd te hebben besloot ik langzaam mijn stukken op mooie velden neer te zetten. Dit, gepaard met een te lage hartslag, zorgde ervoor dat mijn tegenstander meer initiatief had opgebouwd op de koningsvleuvel. Met meer geluk dan wijsheid werd dit afgeweerd en was de winnende zet Pf4+!” Na een stevige handdruk was Geerts doel van de avond bereikt – de 1600 is een feit!

Nicks tegenstander speelde de Pirc tegen hem. Nick: “Ik had wat ruimtevoordeel en de stukken van mijn tegenstander stonden een beetje passief. Hij probeerde het op te lossen met een stukoffer. Helaas voor hem was er gewoon niet genoeg compensatie voor het stuk. Een paar zetten later gaf hij op.”

Lorens was als laatste nog bezig: “Ik kwam goed uit de opening en we gingen het middenspel gelijk in. Mijn stelling was iets aanvallender. Ik heb uiteindelijk een breekzet over het hoofd gezien. Hierna heeft mijn tegenstander wel de beste zet gevonden om mijn stelling door te breken. Daarna was het een eindspel dat ik nog remise probeerde te houden maar hij had te veel druk en ik verloor."

Uiteindelijk werd het dus 5-1 – een zeer mooie overwinning.